Maar er is iets geks aan de hand met potentieel. Je kunt het namelijk niet zien. Het is net zo onzichtbaar als laten we zeggen een gedachte. Die kun je hebben, maar niet pakken. Glibberiger dan een nat stuk zeep. Potentieel is een begrip dat je niet zo vaak meer hoort tegenwoordig. Net als vorming - dat lijk uit ons vocabulair verdwenen te zijn. En dat is triest. Want in potentieel zit iets heel moois verscholen. Een belofte. Misschien wel een droom. En heel vaak ook een diep gekoesterde wens of verlangen. Bij veel kinderen, veel jongeren en zelfs bij veel volwassenen moet je eerst door een enorm oerwoud van belemmeringen heen voordat je het potentieel bereikt. Het lijkt soms wel of het zich op een afgelegen eiland bevindt waar je alleen maar via een hele lange en ingewikkelde reis kunt komen. Eerst een transatlantische vlucht, dan overstappen op een regionale vlucht, dan een stuk met de bus, dan een boottocht van een paar uur en de laatste fase van de trip in een kano met alleen jezelf en je bagage. Maar dan ben je ook ergens. Het paradijs van mogelijkheden.
Jammergenoeg zijn maar weinig mensen bereid om die trip te maken. Afgezien van de kosten (die echt wel meevallen), weet je onderweg niet wat je tegenkomt. Zeker die bus en die boot zijn nogal wisselvallige factoren. Je moet een beetje avontuurlijk ingesteld zijn, zeg maar. En dat is wat ik enorm mis in dit land. Het lef en de wil om het avontuur te zoeken. Vooruit, ik noem één voorbeeld: de cito-toets voor 4 en 5-jarigen. Meer cijfers, meer scroes waar kinderen op afgerekend kunnen worden. Gelukkig zag een groot deel van de Tweede Kamer dat ook in. Het is kenmerkend voor het verlangen om te beheren en te beheersen, om te controleren en te structureren, om zoveel mogelijk en liefst alles te vangen in kaders en regels en wetten, convenanten en systemen. Levenloos en liefdeloos. Bah.
Als we vooruit willen, als we innovatie willen, als we groei en vooruitgang zoeken, moeten we op avontuur om het potentieel aan te boren bij onze kinderen en onze jongeren. En dan bedoel ik niet alleen de jongens meisjes die het prima doen in het onderwijs. Nee, vooral de dropouts en de mislukkelingen, de figuren die niet passen en de onbuigzamen, de dwarsdenkers en de herrieschoppers. En niet te vergeten die paar hele stille achterin.
Potentieel ontwikkelen vraagt liefde, vraagt aandacht en vraagt vooral de wil om iedereen te zien voor wie hij of zij is. Dat moet je durven. Daar hoef je overigens helemaal geen held voor te zijn. Bij mij staan de gezichten van de jongeren in de justitiële jeugdinrichting met wie ik de workshop 'Reclame maken voor jezelf' deed, nog volkomen helder op het netvlies. Tijdens de lessen en vooral toen ze de poster kregen met zichzelf daarop afgebeeld. Gemaakt door een stel geweldige vrijwillige vormgevers en fotograaf en volgens de instructies van de jongeren zelf. Tijdens die lessen hebben ik potentieel gezien.
Uiteindelijk is het allemaal een kwestie van geloof, hoop en liefde. En ja dat is een enorm cliché. En toch, als je erin gelooft, als je hoop geeft en liefde, dan mag je op wonderen rekenen.