Goed, echt. Wat is echt? En hechten we nog aan echt? Als je qua vak in de creatieve hoek zit, weet je uit ervaring dat echt in negen van de tien gevallen gerecycled is. Want echt echt is nog niet zo eenvoudig. Daar kunnen we trouwens maar weinig aan doen, want ons hoofd wordt van jongs af aan volgestopt met van alles dat al bestaat. Dat ooit door iemand bedacht, opgeschreven, getekend, geïllustreerd, geprogrammeerd etcetera is.
Ander voorbeeld: als je droomt, beleef je dat dan echt? Voor je gevoel zijn alle emoties die je in een droom meemaakt zo echt als het maar kan. De angst, het plezier, de boosheid, het gevoel van gelukzaligheid (zo heb ik ooit eens gedroomd over het mooiste meisje van de wereld toen ik begin twintig was en ja, daar had ik toen natuurlijk wat mee - toen ik wakker werd was het een bizarre mix van een groot geluksgevoel en een enorme teleurstelling).De ervaring van de droom heb je, maar tegelijkertijd is alles wat er tijdens het dromen gebeurde, volledig vervlogen als je wakker wordt.
Een stap verder dan de dromen zijn de wanen. Die voelen zo reëel dat mensen die ze hebben, door hun wanen geleefd en geleid worden. Dat moet een heel naar gevoel zijn als je erin zit en minstens zo verschrikkelijk als je er weer uit komt. Het leven lijkt dan niet één maar twee zwarte kanten te hebben. En toch... Onder de grote kunstenaars zijn veel, zeer veel mensen die de meest prachtige (waanzinnige zouden sommigen zeggen) kunstwerken hebben gemaakt.
We leven in een wereld die in groeiende mate virtueel en digitaal is. 'Virtual reality' bijvoorbeeld is - als je erover nadenkt - een rare term. Zeker nu ook de wetenschap langzaam maar zeker ontdekt - onder aanvoering van denkers als Einstein, Bohr, maar ook Sheldrake en vele anderen - dat de wereld vooral schijn is. Het is wat je ervan maakt, zegt men wel eens over hoe je zou moeten leven. En zo is het. Een maakbare wereld? Jazeker, maar alleen als we bereid zijn naar ons diepste collectieve zelf te gaan. Naar dat wat ons met al het andere verbindt. Dat is echt. Alleen kun je het niet vasthouden.
Iedereen kent wel het gevoel van diep geluk. Heel, heel soms overvalt dat je. Dat gevoel heeft een heel bijzonder echtheidskenmerk: je voelt je dan verbonden met alles en iedereen en het lijkt of de tijd even niet bestaat (wat trouwens ten diepste ook zo is). Er zijn van oudsher verschillende manieren om vaker en beter bij dat gevoel te kunnen komen. Vooral in het Oosten hebben ze daar duizenden jaren ervaring mee opgedaan. Meditatie, chanting, tai chi, yoga en talloze andere vormen. En hoe vaag het ook mag klinken: wat je daarmee bereikt is echt. Wie diep durft te gaan in zulke vormen (en in sommige Westerse kloosters gebeurt dat ook - lees bijvoorbeeld Anselm Grün) zal ervaren dat 'echt' betekent dat je je volledig verbonden voelt. En dan... dan kun je echt van betekenis zijn voor de wereld om je heen. Wat mij betreft zou meditatie (of Tai Chi, of yoga, of chanten) dan ook iedere ochtend als eerste op de agenda van iedere belangrijke beslisser in deze wereld moeten staan. En dat meen ik echt.