Toch wil iedereen uiteindelijk het allerliefst bij zichzelf thuis komen. Naarmate je meer voldoet aan al die wensen, vragen en eisen die op je af komen, loop je ook een grotere kans om jezelf kwijt te raken. Waarbij je je trouwens ook meteen kunt afvragen wat dat is: 'het zelf'. Zijn het je gedachten? Zijn het je emoties? Is het je bewustzijn? Of je lichamelijke sensaties?
Om jezelf te ontvreemden, zul je eerst een beeld moeten hebben van wie of wat dat eigenlijk is, die of dat 'zelf'. Misschien kom je wel tot de conclusie dat er uiteindelijk helemaal geen 'zelf' is. Dat het niet meer is dan een beeld dat je van je-zelf schept. Een plaatje in je hoofd van wie je bent. Gevormd op basis van wat je zelf denkt en voelt en op basis van wat anderen van je vinden en bij je voelen.
Raar fenomeen hoor, dat 'zelf'. Je kunt het net zo min vastpakken als een gedachte. Of een gevoel. En toch zijn we in staat om weg te dwalen van wat we beschouwen als ons-zelf. Maar waar dwaal je dan van af? Van het beeld dat je van je-zelf hebt? Van het beeld dat anderen van jouw zelf hebben? Van verwachtingen? Dromen?
Je moet dichtbij blijven om jezelf te zijn. Of te worden. Tenminste, dat wordt gezegd. Wat mij betreft is dat wat doorgaat voor het zelf alleen maar in de stilte te vinden. In het besef, het bewustzijn dat het 'zelf' deel uitmaakt van het universele. Het zelf bestaat alleen in verbinding en verbondenheid met het zelf van alles wat leeft.
Dat maakt het zelf tegelijkertijd heel groot en heel klein. Dat zie je ook terug in het universum: vormen die op het allerkleinste niveau voorkomen zie je terug in het heelal. Klein en groot zijn onlosmakelijk verbonden. Ten diepste kun je dan ook niet echt aan je-zelf ontkomen. Omdat het er eigenlijk niet is. En dat mag vreemd klinken, ten diepste is het een geruststellende gedachte. Er valt niets te ontvreemden. Jij bent de ander; de ander is jou. Non-dualiteit. Als we nou allemaal eens wat meer vanuit dat besef zouden gaan leven, dan zag alles er een stuk minder vreemd uit.