Van zondagochtend tot en met gistermiddag ben ik samen met goede vriend Jaap Stahlie onderweg geweest van Ajoux naar Monnickendam. We hebben het rustig aan gedaan en de snelwegen gemeden. En dan zie je het Frankrijk zoals het nog steeds kan zijn. De plekken waar bijna geen toeristen komen. Waar de paysan zijn pastis drinkt, 's middags in een cafeetje. Waar de vrachtwagens nog door de dorpen denderen zoals dat veertig jaar geleden ook ging. En waar de croissant zo lekker zijn dat je meteen snapt waarom de boulanger hier 'atelier de pain' heet.
Als het tempo laag ligt - de Ford rijdt het lekkerst bij 80, 90 kilometer - is er alle ruimte voor verhalen. En voor stilte. En voor stops. Als je geen haast hebt, ligt het geluk voor het oprapen. Je hoeft het alleen maar te zien, te voelen, te ruiken. Ik moet er wel bij zeggen dat het begin al geweldig was. De ontvangst door Kees en Cecilia van de Roulottes was allerhartelijkst; het eten was fantastisch en het drinken ook. Bovendien mochten we slapen in de prachtige datsja.
Geluk vinden is vaak eenvoudiger dan je denkt. Je moet domweg zo nu en dan het lef hebben om te zeggen: dit ga ik doen en we zien wel hoe het gaat. De Ford heeft ons volstrekt probleemloos naar Nederland gebracht. We werden toegezwaaid door jongetjes en stoere knullen, door mooie meisjes en vrouwen van alle leeftijden; vrachtwagenchauffeurs toeterden en we kregen lichtseinen van allerlei bestuurders. Sommigen Fransen riepen heel hard 'oh lala' zoals alleen Fransen dat kunnen. En we vonden steeds met speels gemak een parkeerplek vlakbij het hotel - ook geen sinecure met 5.99 m.
En dan waren er nog twee wondertjes. Allereerst liep de linker wieldop achter eraf. De heeft van begin af aan de neiging om te ontsnappen. Het gebeurde bij lage snelheid op een rotonde. We stopten en meteen stopte een Renault Clio met twee jongedames die vertelden dat de wieldop middenin de rotonde lag. Bijzonder vriendelijk. Jaap wist hem snel te vinden. En daarna het echte wonder. De claxon deed het niet toen we vertrokken. En halverwege ineens weer wel. En nu nog steeds.
Geluk is een roadtrip. Het is je overgeven aan het avontuur. Het lef hebben om gewoon in een stokoude Ford (uit 1973) zo'n 1200 kilometer af te leggen. En vervolgens de dag daarna van de garage te horen dat de wagen probleemloos door de APK is gekomen. Geluk bestaat. En wonderen ook. Ik weet het zeker. Lees daarvoor ook nog even het sneeuwverhaal van de Ford hieronder.